Over het algemeen zijn de 50.000 deelnemers aan de bevraging dus van goede wil als het over het milieu gaat. Een grote meerderheid sorteert en isoleert, kiest voor hergebruik, koopt energiezuinige toestellen, vermijdt het vliegtuig zoveel mogelijk en eet seizoensgebonden.
Een opvallend resultaat? Negen op de tien is overtuigd van de noodzaak van meer hernieuwbare energie. Vooral offshorewindmolens scoren goed. Zeven op de tien respondenten zou graag meer betrokken willen zijn bij het uittekenen van het klimaatbeleid. We zijn ook van mening dat de overheid een actieve rol moet spelen om duurzaam gedrag aan te moedigen. Bijna negentig procent vindt bijvoorbeeld dat we fiscaal moeten aangemoedigd worden om voor ons woon-werkverkeer te kiezen voor het openbaar vervoer en zachte mobiliteit (fiets, te voet, elektrische scooter…).
De kloof tussen droom en daad
De resultaten zijn bemoedigend, maar toch valt ook op dat er nog veel verschil is tussen intentie en actie. Negen op de tien wil wel dat zachte mobiliteit in woon-werkverkeer aangemoedigd wordt, maar slechts een op drie gaat (bijna) dagelijks te voet of met de fiets naar het werk. Al geeft 44 procent van diegene die met de auto gaan aan dat een betere infrastructuur hen zou overtuigen. Meer dan de helft van de respondenten heeft wel interesse in een zonneboiler, een warmtepomp, of aansluiting op een warmtenet, maar telkens minder dan een op de tien heeft er al een.
Het kostenplaatje speelt daarin immers een grote rol. De belangrijkste overwegingen om energiezuinig te renoveren zijn de impact op de verwarmingsfactuur en de grootte van de investering, nog voor comfort of esthetiek. Negen op de tien respondenten valt wel te overtuigen om een milieuvriendelijke wagen aan te kopen, maar de totale kostprijs is opnieuw de belangrijkste factor in de beslissing.
De resultaten van de bevraging zijn in detail terug te vinden op de website van het Nationaal Energie- en Klimaatplan.