Tegenwoordig kan je niet alleen een nieuwe heup, maar ook de volledige ruwbouw van een huis in 3D laten printen. Van een echte doorbraak kunnen we nog niet spreken, al is dat volgens technologiefederatie Agoria slechts een kwestie van enkele jaren. Ook de Belgische 3D-printingbedrijven zien de toekomst rooskleuring in. Ze schatten dat hun omzet de komende vijf jaar met 10 procent zal stijgen. Dat blijkt uit een enquête van Agoria, consultancybureau PwC en onderzoekscentrum Sirris. De ondervraagde bedrijven verwachten bovendien dat het aantal jobs in de sector fors zal toenemen.
Lichtere vliegtuigen
De maakindustrie ziet er over enkele jaren dus helemaal anders uit. Maar zal die ook duurzamer zijn? Camille Mommer van Agoria: “Wij zijn ervan overtuigd dat 3D-printing een impact zal hebben op de verduurzaming van de maakindustrie. Zo zal er veel minder afval geproduceerd worden. Je vertrekt niet van een ‘blok’ waar je een vorm uit moet snijden, maar van een poeder dat je in elke mogelijke vorm kan printen. Bovendien is het risico op onverkochte producten verleden tijd. De producten worden pas geprint wanneer de klant ze nodig heeft. Bedrijven zullen dus geen stock meer moeten aanleggen.”
De prints zijn overigens lichter dan hun klassieke tegenhanger. “De lucht- en ruimtevaartsector is erg geïnteresseerd in 3D-geprint materiaal want dat kan een grote impact hebben op hun CO2-uitstoot. Hoe lichter het materiaal, hoe minder brandstof ze verbruiken”, aldus Mommer.
Ten slotte kan de technologie helpen om transportemissies te vermijden. “Producenten zullen hun ontwerp met één muisklik naar hun klanten kunnen opsturen, die het product dan ter plaatse printen. Er komen geen vervuilende vrachtwagens meer aan te pas.”
Wantrouwig
3D-printing kan volgens Agoria dus een belangrijke bijdrage leveren aan de transitie naar een duurzame economie. Maar dan moet de technologie wel omarmd worden. Mommer: “Traditionele bedrijven staan vandaag nog wantrouwig tegenover 3D-printing omdat ze denken dat de materialen van inferieure kwaliteit zijn. We zetten als Agoria dan ook alles op alles om onze leden te overtuigen van het tegendeel.”
